Een gesprek over ervaring en handelingsperspectieven

Wat?
Tussen project X (2012 in Haren) en de rellen van nu is het stil geweest bij de overheid. Project X is vooral vanuit crisis- en rampenbestrijding geanalyseerd, en niet vanuit andere disciplines. Toch is er de afgelopen tien jaar wel íets gebeurd: terroristische content is verboden, opruiing en bedreiging online is nu strafbaar. We lopen wel tegen het probleem van de grondslag aan. Wie mag het opsporen, dat is een punt.
De schaduwkanten van internet en sociale media worden steeds zichtbaarder. Zo blijkt uit onderzoek dat mensen die geneigd zijn complottheorieën aan te hangen er ook naar op zoek gaan. Het algoritme heeft misschien wel een versterkend effect, maar dat ligt genuanceerder dan vaak wordt gedacht.
Hoe?
De overheid is in 2016 begonnen met het traject normstelling, regulering en handhaving. Hiervoor is eerst gekeken of beleid uit de fysieke wereld geplakt kon worden op de online wereld. Toen kwam de EU met de Digital Service Act en Nederland met de Wet inzake digitale diensten. Doel: meer veiligheid en verantwoordingsplicht online. Project Procom probeert er invulling aan te geven: wat is rol overheid en wat is rol internetsector?
De doelstelling van het CCV (Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid) op het thema 'online aangejaagde orderverstoring' is Nederlandse gemeenten in staat te stellen adequater te reageren. Dit doet de organisatie met bestaande en nieuwe bestuurlijke bevoegdheden en instrumenten. Het CCV wil een afwegingskader maken voor de lokale overheid: welke instrumenten zijn er bij welke online content. Zo kan je weloverwogen afwegen: dit gaan we wel/niet doen.
De digitale consultatiebox is een van de instrumenten van het CCV: daar kunnen gemeenten juridische vragen indienen, waar ze óf direct antwoord op krijgen, óf die het CCV laat uitzoeken door experts. Zo krijgen de gemeenten antwoord op maat van juristen.
Het CCV organiseert leerkringen voor professionals om ervaringen te delen. En er is een themawebsite beschikbaar over het onderwerp
Op dit moment is PrOCoM (ministerie van JenV) aan het inventariseren of er een meldpunt voor burgemeesters moet komen. Het zou gaan om een laagdrempelige meldvoorziening voor burgemeesters voor het verwijderen en ontoegankelijk maken van onrechtmatige content via een derde partij. Dat meldpunt zou de oplossing kunnen zijn voor het snel laten verwijderen van opruiende content. Denk aan livestreams. Is die behoefte er echt bij lokale overheden? Daarover worden nu gesprekken gevoerd met gemeenten. Die zijn veelal terughoudend, omdat het al gauw censuur is. Wel is er behoefte aan het kunnen versnellen van het proces om een melding te maken bij de desbetreffende socialmediaplatforms. 
Waarom?
Uit Amsterdam kwam het bericht dat ambtenaren undercover een gemeentebijeenkomst bijwoonden. Dat soort koppen slaan terug op ons allemaal. Het maakt het sociaal contract steeds lastiger. Vertrouwen is een belangrijk goed. Het komt te voet en gaat ter paard.
Stappenplan
Het proces is eigenlijk als volgt:
• Weet je wat er online speelt?
• Dan moet je het duiden, wegen.

• Welke interventies zijn er? Mist er instrumentarium?
Je wil met groepen in gesprek kunnen van tevoren, voor demonstraties. Speelt dat alleen bij offline uitingen of ook online? Tot nu toe gaat dat enkel over offline. Je moet in verbinding, in gesprek. Het wordt lastig als je ziet dat het sentiment grimmig is en er dan in besloten groepen in een kwartier opgeroepen kan worden om ergens te gaan rellen. Daar kom je dan pas achter als ze er al staan. Naar die info is gemeente op zoek. Ook van belang voor nafase: als het is geëscaleerd, met wie gaan we dan in gesprek om ervoor te zorgen dat we verder komen.
Projecteren we spelregels van vroeger op een nieuwe realiteit? Moeten we de nieuwe realiteit niet beter doorgronden en onderzoeken wat nieuwe spelregels kunnen zijn?
Laat het van onderop komen
In het kader van het zoeken naar die nieuwe spelregels is Utrecht begonnen met het project Digitaal burgerschap. Met scholen in gesprek, kinderen zelf verantwoordelijk maken: wat kan wel en wat kan niet online. We leren die kinderen elkaar erop aan te spreken. Het moet uit de maatschappij zelf komen. Zou zo mooi zijn om het van onderop te laten komen, in plaats van bovenaf met een hamer blijven slaan. Kinderen zijn overigens kritischer dan we vaak denken, dus moeten we ook aandacht besteden aan oudere groepen.

Back to Top