De handen ineenslaan voor maatschappelijke stabiliteit
‘Samenleven is misschien wel het moeilijkste werkwoord dat er is.’ Met die woorden trapt burgemeester Mikkers van ’s Hertogenbosch de eerste MAST-dag (dag van de Maatschappelijke Stabiliteit) af op 10 november 2022.
Mikkers spreekt de theaterzaal van het Koning Willem I college digitaal toe vanuit het stadhuis. Hij eindigt met een oproep: ‘Laten wij de handen ineenslaan. Laten wij laten zien wat samenleven voor ons betekent.’
En dat is precies wat er gebeurt tijdens een levendig panel over de avondklokrellen met daarin wijkmanager Paul Hilgers en projectleider Jeugd en Veiligheid Carrie van Schaayk, beiden van de gemeente ’s-Hertogenbosch, Glenn Kerkhofs van de politie Eindhoven en Jan Peels, journalist van het Brabants Dagblad. Een gesprek vol uiteenlopende meningen, waarin de panelleden respectvol naar elkaar luisteren.
Het kan gewoon ontsporen
Volgens Hilgers is de wijk waar hij werkt beroemd om zijn rellen, al sinds 2000 naar aanleiding van de door de politie doodgeschoten voetbalsupporter Pierre Bouleij. ‘Maar dit was anders,’ aldus Hilgers. ‘Dit keer waren we supergoed geïnformeerd en ik was in de veronderstelling dat er niets zou gebeuren.’ Binnen een half uur was de boel echter totaal geëscaleerd. ‘In alle 44 jaar dat ik bij de gemeente werk, was dit de slechtste nacht van mijn leven.’ De kern van zijn verhaal is dat het kan ontsporen, ondanks alle informatie die je hebt. ‘Soms is iets gewoon niet te voorkomen.’ Zover wil collega Van Schaayk niet gaan. Zij zou graag zien dat er meer wordt geïnvesteerd in de jongerenwerkers en in het wijkgerichte werk. Zij gelooft dat het wél had geholpen nog veel meer het gesprek aan te gaan met mensen in de wijk: ‘Want de signalen dat het een keer mis kon gaan, waren er allang.’
[Het verhaal gaat door onder de afbeelding]
Filmen of niet filmen?
Droeg de aanwezigheid van de media bij aan het aanwakkeren van het vuur? Peels, die in Eindhoven had staan filmen, ging een dag later incognito naar Den Bosch. ‘Nou ja, dat hoopte ik, maar ik bleek de verkeerde schoenen aan te hebben.’ Dankzij zijn bergschoenen meenden sommige aanwezigen dat Peels bij de politie hoorde. Dit keer filmde hij enkel met zijn telefoon, omdat hij het gevoel had dat de camera toch een aanzuigende werking had gehad in Eindhoven. Van Schaayk kan zich dat niet voorstellen: ‘Er was zoveel livebeeld, werkelijk iedereen was aan het filmen. Het had echt niet uitgemaakt of er ook een journalist aan het filmen was of niet.’
Kerkhofs geeft op zijn beurt aan blij te zijn met de beelden van de media: ‘Die zorgen voor een iets objectiever beeld.’ Zo ging er een filmpje rond dat zo gemonteerd was dat het leek of de politie op iemand inreed, terwijl die 'aangereden' persoon zelf op de motorkap gesprongen was.
Escalatie van geweld
Peels laat weten geschrokken te zijn van het harde optreden van de ME. Kerkhofs kan zich dat wel voorstellen. Hij had het zelf namelijk ook moeilijk gevonden. ‘We kregen te horen dat het plein ontruimd moest worden. Er werd geweld tegen ons gebruikt, van wandelstok tot zwaard. Vanaf de linkerkant kwam er extreem geweld op ons af, in het midden zat een groep demonstranten op kleedjes en rechts had je toeschouwers. Dat klinkt nu overzichtelijk, maar zo is dat op dat moment niet. In zo’n situatie is het onmogelijk te diversifiëren.’ Zodra de ME de demonstranten bereikte, sloeg daar ook de vlam in de pan, omdat ze zich onterecht aangevallen voelden.
Verschillende verhalen
Het panelgesprek laat zien hoe belangrijk het is om verschillende perspectieven met elkaar te delen. Die verschillen in perspectief ontbraken soms in de media, zo blijkt uit het verhaal van Hans Moors en Lea Klarenbeek van bureau E:M+MA. Zij schreven het onderzoeksrapport 'Avondklokrellen: Lokale dynamiek in een mondiale crisis.'
‘In de media ging het al snel over “de avondklokrellen”, maar daardoor leek het of er in het hele land hetzelfde aan de hand was. Zodra je gaat inzoomen, zie je dat dat niet zo is. In Eindhoven waren veel mensen die van buitenkwamen, veel mensen met een strafblad bovendien. In Helmond en Breda was het veel regionaler. Daardoor is het lastig om met een recept te komen om dit te voorkomen. Er is niet één verhaal dat de avondklokrellen verklaart. Wel steken rellen elkaar aan. Zo kon je in Den Bosch geluiden horen waaruit bleek dat ze hadden gezien wat er in Eindhoven was gebeurd en dat ze daar natuurlijk wel overheen konden.'
Sociale media
Vaak hoor je dat de sociale media een belangrijke rol speelden bij de avondklokrellen en dat dat het nieuw maakte. Daar is Moors niet zo zeker van. Hij maakt de mooie vergelijking met de Arabische Lente. Ook die was aangejaagd door mobiele telefoons en sociale media en gericht tegen overheden. ‘Ook hier in Nederland beluisterde je breed in de samenleving de beleving dat de overheid niet meer voor haar mensen zorgt, dus dat ze het dan zelf maar moeten doen.’
Klarenbeek laat weten dat het inderdaad ontzettend heeft geleefd op sociale media, met heel gewelddadige oproepen. ‘Die zijn nog terug te lezen in openbare Telegram-groepen. Maar wat ook opvalt is dat er weinig tot geen vertrouwen is tussen mensen die elkaar nog niet kennen en waar geen sociale structuren zijn. Daardoor ontstond er enorm veel ruzie onderling. Ook werden allerlei mensen buitengesloten. Zo waren vrouwen niet welkom. Zo hebben ze, volgens mij, flink wat rel-potentieel buitenspel gezet.’ Een opmerking die kan rekenen op gelach uit de zaal.
Klarenbeek: ‘Pas als mensen zien dat de anderen er écht zijn, haken ze aan.’ En daar spelen die telefoons en sociale media dan natuurlijk toch wel weer een rol in, want die zorgen ervoor dat meteen overal zichtbaar is waar wat gebeurt.
Klarenbeek: ‘Pas als mensen zien dat de anderen er écht zijn, haken ze aan.’ En daar spelen die telefoons en sociale media dan natuurlijk toch wel weer een rol in, want die zorgen ervoor dat meteen overal zichtbaar is waar wat gebeurt.
Ga luisteren
Moors: ‘Waarom staan die mensen op straat? Ze hebben iets te vertellen. Ze willen iets met hun onrust. Als we dat niet serieus nemen, dan mis je de aanloop van elke vorm van ordeverstoring.’ Mensen serieus nemen en naar ze luisteren, het klinkt zo eenvoudig, maar we hebben daar als overheid nog veel in te leren.